Energiegemeenschappen onderscheiden zich door de hoedanigheid van hun leden, door welke leden daadwerkelijk controle kunnen uitoefenen, door hun activiteiten, door hun deelneming aan diensten, door de herkomst van de elektriciteit en door de eigendom van de productie-installaties.
Lidmaatschap en effectieve controle
De elektriciteitsordonnantie bepaalt per type gemeenschap de hoedanigheid van de leden die eraan kunnen deelnemen en duidt de leden aan die de effectieve controle kunnen uitoefenen (controle in de zin van artikel 1:14 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen):
In het geval van een energiegemeenschap van burgers waarbij de effectieve controle wordt uitgeoefend door een kleine onderneming, kan de energiesector niet haar voornaamste werkterrein zijn en kan ze geen commerciële activiteiten uitoefenen op grote schaal.
In het geval van een hernieuwbare- of lokale-energiegemeenschap kan de effectieve controle alleen worden uitgeoefend door de leden die zich proximité bevinden in de buurtvan de projecten die door de energiegemeenschap worden ontwikkeld, en indien het om een onderneming gaat, mag haar deelname aan één of meer energiegemeenschappen niet haar voornaamste commerciële of professionele activiteit vormen.
Lokale overheden: provinciale en gemeentelijke overheden die autonoom zijn over hun grondgebied (art. 41 en 162 van de Grondwet).
Overheidsinstantie: verwijst naar de regeringen en alle diensten die belast zijn met het bestuur van de federale Staat, de gewesten, de gemeenschappen, de provincies en de gemeenten (art. 1 en 33 van de Grondwet).
Activiteiten
Energiegemeenschappen kunnen elektriciteit produceren, consumeren, opslaan, delen of fournir leveren .
Diensten
Energiegemeenschappen van burgers en hernieuwbare-energiegemeenschappen kunnen deelnemen aan services d'agrégation aggregatie-, services de flexibilité flexibiliteits- en services énergétiques energiediensten.
Ze kunnen ook oplaaddiensten aanbieden voor elektrische voertuigen, zij het in het geval van een van een hernieuwbare-energiegemeenschap alleen onder de eigen leden.
Eigendom van de productie-installaties en herkomst van de elektriciteit
De energiegemeenschap moet eigenaar zijn van de productie-installaties. Een uitzondering wordt gemaakt voor de lokale-energiegemeenschap waarvan een of meer leden ook eigenaar of houder van een gebruiksrecht kunnen zijn.
In het geval van hernieuwbare- of lokale-energiegemeenschappen moet de elektriciteit afkomstig zijn van sources d'énergie renouvelables hernieuwbare energiebronnen.